Het afleveren van allerlei administratieve stukken brengt voor de gemeente lasten mee. Het is aangewezen hiervoor een billijke belasting in te vorderen.
De gemeenteraad heeft in zitting van 30 december 2019 zijn goedkeuring gehecht aan een belastingreglement op de afgifte van administratieve stukken door het gemeentebestuur.
De gemeente zal voor het verstrekken van inlichtingen over onroerende goederen instappen in het Vastgoedinformatieplatform. De gemeente Linter is voorzien om aan te sluiten in wave 4, gepland op 15 mei 2023. Hieruit volgt dat vanaf 1 januari 2024 de betaling via het vastgoedinformatieplatform zal verlopen en de gemeentelijke retributie periodiek zal doorgestort worden naar de lokale besturen. Hiervoor zal een apart retributiereglement opgemaakt worden waarin ook een overgangsperiode zal opgenomen worden van 15 mei 2023 tot en met 31 december 2023 betreffende betalingen van de aangevraagde inlichtingen.
Hieruit volgt dat artikel 3.7. van het belastingreglement op de afgifte van administratieve stukken door het gemeentebestuur, zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 30 december 2019, dient geschrapt te worden.
Conform artikel 170 §4 van de Grondwet en artikel 40 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur behoort de bevoegdheid tot het invoeren van belastingen exclusief toe aan de gemeenteraad.
Artikel 1 – Belastbaar feit
Voor een termijn eindigend op 31 december 2025 wordt een gemeentebelasting gevestigd op de afgifte van administratieve stukken door het gemeentebestuur.
Artikel 2 – Belastingplichtige
De belasting is verschuldigd door de persoon of instelling aan wie het stuk door het gemeentebestuur op aanvraag of ambtshalve wordt uitgereikt.
Artikel 3 – Belastingtarieven
De belasting wordt als volgt vastgesteld:
3.1. ELEKTRONISCHE IDENTITEITSKAARTEN
§1. Voor de afgifte van een elektronische identiteitskaart voor Belgen van 12 jaar en ouder en van een elektronische vreemdelingenkaart voor vreemdelingen van 12 jaar en ouder, volgens de normale procedure, bedraagt de belasting € 3,00, verhoogd met de kostprijs van de elektronische identiteitskaart of de elektronische vreemdelingenkaart aangerekend door de federale overheid.
§2. Voor de afgifte van een elektronische identiteitskaart voor Belgen van 12 jaar en ouder en van een elektronische vreemdelingenkaart voor vreemdelingen van 12 jaar en ouder, volgens de spoedprocedure, bedraagt de belasting € 12,00, verhoogd met de kostprijs van de elektronische identiteitskaart of de elektronische vreemdelingenkaart aangerekend door de federale overheid.
In het geval de spoedprocedure te wijten is aan verlies of diefstal van een geldig document, bedraagt de belasting € 3,00, verhoogd met de kostprijs van de elektronische identiteitskaart of de elektronische vreemdelingenkaart aangerekend door de federale overheid. Het verlies of de diefstal wordt aangetoond door een bewijs van aangifte bij de politie.
§3. Voor de afgifte van een elektronische identiteitskaart voor Belgische kinderen onder de 12 jaar, volgens de normale procedure, bedraagt de belasting € 0,00. De kostprijs van de elektronische identiteitskaart aangerekend door de federale overheid wordt doorgerekend.
§4. Voor de afgifte van een elektronische identiteitskaart voor Belgische kinderen onder de 12 jaar, volgens de spoedprocedure, bedraagt de belasting € 12,00, verhoogd met de kostprijs van de elektronische identiteitskaart aangerekend door de federale overheid.
In het geval de spoedprocedure te wijten is aan verlies of diefstal van een geldig document, bedraagt de belasting € 3,00, verhoogd met de kostprijs van de elektronische identiteitskaart aangerekend door de federale overheid. Het verlies of de diefstal wordt aangetoond door een bewijs van aangifte bij de politie.
3.2. REISPASSEN
§1. Voor de afgifte van reispassen bedraagt de belasting € 6,00 voor een reispas, verhoogd met de kostprijs van een reispas aangerekend door de federale overheid.
§2. Voor de afgifte van reispassen in een dringende procedure of een super dringende procedure bedraagt de belasting € 12,00, verhoogd met de kostprijs van een reispas aangerekend door de federale overheid.
In het geval de dringende procedure te wijten is aan verlies of diefstal van een geldig document, bedraagt de belasting € 6,00, verhoogd met de kostprijs van een reispas aangerekend door de federale overheid. Het verlies of de diefstal wordt aangetoond door een bewijs van aangifte bij de politie.
3.3. ATTEST VAN IMMATRICULATIE
Voor de afgifte van een attest van immatriculatie bedraagt de belasting € 5,00.
3.4. RIJBEWIJZEN
Voor de afgifte van een rijbewijs bedraagt de belasting € 3,00, verhoogd met de kostprijs voor een rijbewijs aangerekend door de federale overheid.
3.5. TROUWBOEKJE
Voor de afgifte van een trouwboekje bedraagt de belasting € 30,00.
3.6. VOORNAAMSWIJZIGINGEN
§1. Voor een aanvraag tot voornaamswijziging bedraagt de belasting € 100,00.
§2. In afwijking van §1. bedraagt de belasting voor een voornaamswijziging van een transgender € 10,00.
§3. In afwijking van §1. worden op aanvragen tot voornaamswijziging voor personen van vreemde nationaliteit die de Belgische nationaliteit aanvragen en niet over een voornaam beschikken geen belasting geheven.
3.7. CONFORMITEITSATTESTEN
§1. Voor de afgifte van een conformiteitsattest voor een woning bedraagt de belasting € 50,00.
§2. Voor de afgifte van een conformiteitsattest voor een kamer bedraagt de belasting € 12,50, met een maximum van € 50,00 per woning.
3.8. KOPIEËN
§1. Voor de afgifte van kopieën van allerlei documenten op A4-formaat bedraagt de belasting € 0,20.
§2. Voor de afgifte van kopieën van allerlei documenten op A3-formaat bedraagt de belasting € 0,40.
Artikel 4 – Vrijstellingen
Zijn van de belasting vrijgesteld:
Artikel 5 – Vestiging, invordering en geschillen
De belasting moet bij de afgifte van het stuk contant worden betaald, tegen afgifte van een betalingsbewijs.
Als de contante inning niet kan worden uitgevoerd, wordt de belasting een kohierbelasting.
De vestiging en de invordering van de belasting evenals de regeling van de geschillen ter zake gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1, 3, 4 ,6 tot en met 9 bis, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek van toepassing, voor zover niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen.
Artikel 6 - Opheffingsbepaling
Het besluit van de gemeenteraad van 30 december 2019 houdende het belastingreglement op de afgifte van administratieve stukken wordt opgeheven.
Artikel 7 – Inwerkingtreding
Dit reglement treedt in werking op 15 mei 2023.